Bisschop Werner van Munster verkondigt, dat Rudolf van Steinfurt goederen en tienden (o.a. te Vollenhove) heeft geschonken, om daarmede een klooster van de orde van St. Augustinus te stichten; hij voegt zelf daaraan nu schenkingen toe en verleent aan het te stichten klooster de vrije verkiezing van zijn proost en zijn voogd.